Tijdens het begin van mijn tienerjaren deed ik vrijwilligerswerk voor Stichting Impuls in Amsterdam. Ik hielp mee bij de organisatie van activiteiten voor jongeren in Amsterdam in het Eendrachtspark, op een groot grasveld waar de flat op uitkeek waar mijn ouders in die tijd woonden. In die tijd kwam mijn vader thuis uit zijn werk met een gigantische metalen kast, een ‘computer’. Ik had geen flauw idee wat je daar mee kon doen, maar ik besloot daar snel achter te komen. Overdag kroop ik, zonder dat mijn vader dat wist, achter het bij dit metalen apparaat horende beeldscherm en leerde iedere dag iets meer over de werking van computers en de mogelijkheden. Dat ging wel eens mis: de computer liep dan vast of startte niet meer op, en het was een grote uitdaging om het probleem dan weer te verhelpen voor mijn vader thuiskwam. Ook leerde ik mezelf programmeertalen aan met boeken die ik leende van de bibliotheek.
Vrijwilligerswerk bij internetprovider Het Net
Niet veel later kregen we ‘internet’ thuis, in de vorm van een inbelverbinding (via de telefoon) met het toen nog besloten netwerk Het Net. Ik raakte gefascineerd door de mogelijkheden van de communitywebsite Clubs.nl, een soort voorloper op het vandaag de dag populaire Hyves, en besloot actief te worden op deze online community in mijn vrije uren naast de basisschool. Op twaalfjarige leeftijd schreef ik Paul van den Bogart, in die tijd Productmanager bij Clubs.nl, en Rien Honnef, vandaag de dag nog steeds werkzaam bij KPN (Het Net bestaat helaas niet meer), een e-mail waarin ik vroeg of ik op vrijwillige basis mee mocht werken aan het project, en dat mocht. Vanuit huis en met enige regelmaat vanaf het hoofdkantoor van Het Net/Planet Internet in Amersfoort, hielp ik mee aan het uitbouwen van deze community. In deze periode waren de televisieprogramma’s Big Brother en De Bus op televisie en familieleden van inzittenden van dit programma kregen de kans om een online fanclub bij te houden. Een goed onderhouden fancommunity op Clubs.nl, dat bleek wel, leidde tot veel extra telefoonstemmen tijdens de finaleshows. Het was niet verwonderlijk dat de deelnemers met de meeste fanclubleden, vaak ook hoog eindigden. Internetprovider Het Net had mij gevraagd of ik de familieleden/vrienden, de beheerders van de fanclubs, wilde begeleiden bij het opzetten van de online fanclubs. Ik onderhield telefonisch en per e-mail nauw contact en was eerste aanspreekpunt over technische vragen bij het gebruik van de website Clubs.nl. Ik werd gevraagd of ik tijdens de livefinale van De Bus tijdens Oud & Nieuw wilde vertellen over de online fanclubs.
De medewerkers van internetprovider Het Net gaven me de kans om een kijkje te nemen in de technische en organisatorische keuken van een internetprovider. Ik leerde veel over online communicatie en het bouwen van online communities. Het greep me heel erg dat het internet grote afstanden figuurlijk een stuk kleiner kon maken. Ik begon zelf wat te experimenteren met het bouwen van websites en internetapplicaties, en met vallen en opstaan leerde ik over de werking van het internet.
Concertfotografie als hobby
In die tijd raakte ik betrokken bij de website Scholieren.com, vandaag de dag nog steeds een van de grootste websites met boekverslagen en een fantastisch lopend forum. Naast het internet, was mijn grote hobby fotograferen, en ik kreeg de kans om voor de website Scholieren.com concerten te bezoeken en deze te fotograferen. Het eerste concert dat ik ooit fotografeerde was dat van Nelly Furtado in theater De Meervaart, een onvergetelijke herinnering. Ik ontdekte daar dat het concertfotografenwereldje een erg kleine is; de oude grijze fotografen zagen mij, een jongen aan het begin van zijn tienerjaren, als bedreiging. “Wat kom je doen, voor wie werk je?” werd mij gevraagd. Nadat ik duidelijk had gemaakt dat ik voor een scholierenwebsite werkte en ik dus geen bedreiging vormde, ging de boekenkast letterlijk open. “Ja, weet je, iedere nieuwe fotograaf is een boterham minder op onze broodplank”, werd mij verteld. Ik was in die tijd helemaal niet geïnteresseerd in brood op de plank, ik woonde immers nog bij mijn ouders en er werd goed voor mij gezorgd, maar ik vond het wel heel gaaf om te zien hoe de ‘vrije markt’ werkt. Vraag en aanbod. Ook Het Net ging mijn foto’s gebruiken op haar portal website, en via de contacten van Scholieren.com en Het Net kreeg ik toegang tot concerten en festivals. Het hield me van de straat, zullen we maar zeggen!
In mijn omgeving – ik was toen een jaar of twaalf/dertien – werd bekend dat ik me met websites bezig was gaan houden, en via-via kreeg ik verzoeken om -tegen een kleine, maar voor mijn leeftijd onvoorstelbare vergoeding- websites en applicaties te bouwen. Dat bleef ik naast mijn vrijwilligerswerk voor Het Net en Scholieren.com doen.
Van mijn eerste verdiende geld kocht ik mijn eerste digitale camera. Tot die tijd fotografeerde ik analoog, en ik had de grootste moeite om de foto’s die ik maakte te laten ontwikkelen van mijn zakgeld. Wederom ging er een wereld voor mij open: ik kon zo veel foto’s maken als ik wilde. Ik weet nog goed, mijn eerste digitale camera was een Fujifilm 1700. De camera maakte foto’s die, vergeleken met de digitale technieken anno 2010 – niet om aan te zien waren, maar ik kreeg de kans om meer te leren over fotografie.
Samen websites bouwen
Mijn beste vriend, Sietse Bakker, was in die tijd ook bezig met het bouwen van websites, maar dan het grafische gedeelte. Ik hield mij graag bezig met HTML-codes en scripts, hij kon daar een briljant jasje omheen toveren. Samen gingen we freelance opdrachten uitvoeren tegen betaling. Ook was hij oprichter van een informatieve website over het Eurovisie Songfestival welke hij handmatig, pagina voor pagina, bijhield. Nieuws over het festival, foto’s, maar ook een ‘voting ballot’ (een schema waarmee je samen met vrienden of familie zelf punten kunt geven tijdens de life show) was van de website te downloaden. Ik hielp hem met het herbouwen van de website, ditmaal met een database op de achtergrond zodat hij via een online applicatie nieuwe artikelen kon toevoegen en kon bewerken. Ook regelde ik voor het eerst de hosting van een website, hier kom ik nog op terug.
Mijn freelance-opdrachten begonnen uit de hand te lopen, vonden mijn ouders. Ik moest met hun gaan praten met een goede vriend van hun, boekhouder, om te zien of het wel allemaal kon waar ik op inmiddels vijftienjarige leeftijd mee bezig was. Ik kom trouwens absoluut niet uit een ondernemersgezin. De boekhouder moest erg lachen om de bezorgdheid van mijn ouders, maar vond het inmiddels ook wel een goed idee worden om een bedrijf in te schrijven bij de Kamer van Koophandel. Zo gezegd, zo gedaan. Op woensdagavond 14 augustus 2002 (mijn vader, zelf fulltime in loondienst, moest mee voor de inschrijving en de woensdagavond was de enige avond dat de Kamer van Koophandel geopend was) schreef ik mijn bedrijf in om mijn programmeer- en advieswerkzaamheden vanuit te kunnen doen.
Door de organisatie van het Eurovisie Songfestival, de European Broadcasting Union (EBU), waren Sietse en ik gevraagd om mee te doen aan een ’tender’ (aanbestedingsopdracht) voor de nieuwe website van het Eurovisie Songfestival. We mochten een offerte uitbrengen voor de bouw, onderhoud van de website en ook het live-streamen van het evenement via het internet. In die tijd was er één grote aanbieder van live streaming platforms op het internet, het Duits-Amerikaanse Akamai. We moesten ons voorstel presenteren in Geneve op het hoofdkantoor alwaar we ook de andere kansmakers ontmoetten. We waren erg verbaasd om te zien dat onze contactpersoon bij Akamai, waar we voor het project een offerte hadden opgevraagd die we hadden verwerkt in ons voorstel, meegekomen was met één van de andere vijf partijen die ook streden om de opdracht. Het was niet zo gek dat zij, met veel scherpere prijzen, met de opdracht vandoor gingen. Komische van het verhaal: Sietse werd alsnog door dit bedrijf ingehuurd voor het verzorgen van het content-gedeelte van de website. Uiteindelijk is het met hem helemaal goed gekomen: met dat bedrijf doet de EBU geen zaken meer, en vandaag de dag is Sietse Manager PR & Communications voor alle Eurovisie-evenementen en ook ik zelf ben ook nog steeds jaarlijks betrokken bij het evenement als consultant.
Consultancy? Geen middelbare schooldiploma?
In de maanden die volgden ontdekte ik dat ik het doen van consultancy-opdrachten (hoewel ik ‘consultancy’ een lelijk woord vind, ik heb het zelf liever over ‘leuke dingen doen’) heel erg gaaf vond om te doen, maar het was lastig te combineren met mijn middelbare school. Een veelgestelde vraag is of ik niet onwijs veel last had van mijn jonge leeftijd in die tijd. Ja, soms wel, maar het werd door veel opdrachtgevers ook gezien als een groot voordeel. In die tijd, maar vooral nog in mijn freelance-tijd toen de internetzeepbubbel nog niet geklapt was, was er een groot tekort aan ICT-personeel en ik was natuurlijk een erg goedkope kracht. Daar kwam bij dat ik ‘jong en onbevangen’ was en de vraag naar ‘out-of-the-box-denkers’ was in die tijd al groot. Veel van mijn programmeer-klanten klaagden over hun hostingproviders. Veel downtime, hoge prijzen, gebrek aan service en vooral ook gebrekkige communicatie zorgen er voor dat ik toen al een klein boekje vol kon schrijven met anekdotes over internetproviders. Misschien doe ik dat nog wel eens. Ik maakte in elk geval mijn middelbare school niet af na: na 5-VWO stopte ik om full-time met mijn bedrijf aan de slag te gaan.
Het bracht me in ieder geval op het idee om te onderzoeken of ik zelf geen hosting aan kon gaan bieden. Ik huurde halverwege 2003 een server bij een bevriende provider welke ik zelf ging beheren, waar mijn klanten een stukje ruimte op konden krijgen. Ik bood ze de mogelijkheid aan om een domeinnaam te registreren en zorgde er gewoon voor dat alles werkte zoals het hoort, zonder consessies. Vrienden op school hielpen me mee, oudere vrienden die al op de universiteit zaten deden de telefoondienst overdag.
Begin 2004, ik had zelf een volautomatisch facturatiesysteem gebouwd, waardoor we naar het versturen van facturen en herinneringen zelf geen omkijken meer hadden, begon het storm te lopen. Er belden zelfs particulieren en bedrijven waar ik zelf nog nooit van gehoord had, ze kwamen bij mijn bedrijf terecht via zoekmachines en mond-tot-mondreclame. In datzelfde jaar nam ik deel aan het Jongeren Lagerhuis van de VARA, een televisieprogramma waarin 16 jongeren met elkaar in discussie gingen over uiteenlopende onderwerpen.
In 2007 besloot ik weer de studieboeken in te duiken en via een colloquium doctum, een toelatingsexamen, startte ik de studie Rechtsgeleerdheid aan de Universiteit van Amsterdam. In één jaar tijd rondde ik twee studiejaren af, ik volgde ook voor mijn bedrijf erg interessante vakken bij de studies Communicatiewetenschap en Psychologie. Het jaar dat daarop volgde, dit alles naast mijn full-time bezigheden binnen mijn eerste bedrijf, werd ik gevraagd om eerstejaars rechtenstudenten te begeleiden bij hun eerste kennismaking met het recht als student-assistent (een functie binnen de universiteit waarbij je kunt doceren als student zijnde). Daarnaast ben was ik vanaf 2007 enkele jaren gastdocent voor minoren Entrepeneurship verbonden aan de Hogeschool van Amsterdam en het TIO College in Amsterdam via Jong Ondernemen van VNO-NCW. In 2008 werd ik door de studenten aan de Universiteit van Amsterdam verkozen als voorzitter van de Facultaire Studentenraad.
In 2008 was ik een leuke tijd part-time werkzaam bij SOLV Advocaten als paralegal gespecialiseerd in Informatierecht. Ik heb veel geleerd over de juridische adviespraktijk en met de meest fantastische advocaten mogen werken.
Sinds 2008 ben ik een steeds vaker gevraagd spreker op congressen en evementen, en geef ik met veel plezier gastcolleges over uiteenlopende onderwerpen op het gebied van internet, het recht en ondernemerschap. Op de Universiteit van Tilburg heb ik een workshop Personal Branding verzorgd, ik sprak op de Innovatiedag van BAM en tijdens de finale van Jong Ondernemen. Ik ga af en toe in discussie met een hoogleraar en ik ben mede-auteur van het boekje Internetrecht 2.0, uitgegeven door de Nederlandse Vereniging voor Informatietechnologie & Recht (NVvIR), in datzelfde jaar ben ik columnist geweest voor het Financieele Dagblad. In 2009 ben ik door ondernemersblad Sprout uitgeroepen tot ‘meest succesvolle jonge ondernemer‘ en ik ben gevraagd om na de zomer ieder drie weken zitting te nemen in het economiepanel van Radio 1 (VPRO).
Contactinformatie
E-mailadres: [email protected]
E-mailadres kantoor: [email protected]
Telefoon: 020-20 50 555
Postadres: Weesperstraat 61, 1018 VN Amsterdam
Veel plezier op mijn website.