Collega en studiegenoot Arnoud Engelfriet behandelt in zijn weblog de vraag of er kosten in rekening mogen worden gebracht aan consumenten voor het repareren van een kapot product (binnen de wettelijke garantietermijn), bijvoorbeeld een wasmachine.
Engelfriet vindt van niet. De schuld van een kapot product ligt bij de verkoper en de koper mag daar niet de dupe van worden. Engelfriet, met verwijzing naar het boek Consumentenrecht van prof.mr. Marco Loos, schetst ongeveer het volgende voorbeeld:
Je hebt een wasmachine gekocht. Normaal gaat dit type wasmachine ongeveer 7 jaar mee, maar omdat de motor na twee jaar normaal gebruik kapot is gegaan kun je je wasmachine niet meer gebruiken.
Je laat de kapotte motor vervangen door een nieuwe motor, maar door nieuwe ontwikkelingen gaat de nieuwe motor veel langer mee dan de oude. In totaal 10 jaar.
Statistisch gezien zal de wasmachine die ik twee jaar geleden heb aangeschaft, welke normaal gemiddeld 7 jaar zal werken, het nu in totaal (2 jaar + 10 jaar) 12 jaar meegaan. Dankzij de reparatie van de wasmachine gaat die dus 5 jaar langer mee.
Loos schrijft in zijn boek dat als door de reparatie de levensduur van de wasmachine wordt vergroot (”en door het herstel de economische levensduur van de zaak wordt verlengd tot boven hetgeen de koper normaal mocht verwachten”), de koper verplicht is een deel van de reparatiekosten te betalen. Omdat de koper ‘ongerechtvaardigd verrijkt‘ is.
Volgens Engelfriet is het vragen van een vergoeding voor de reparatie in strijd met de wet:
Het probleem is wel, deze redenering gaat in tegen de letterlijke tekst van de wet: “De kosten van nakoming van de [reparatie- of vervangings]verplichtingen kunnen niet aan de koper in rekening worden gebracht.”
Ik ben het met hem eens dat de verkoper een kosteloze mogelijkheid aan moet bieden om de wasmachine te repareren, maar daar is prof. Loos het met ons ook wel over eens: er staat in zijn boek namelijk dat bovenstaande redenering alleen van toepassing is ‘indien de koper niet voor vervanging, maar voor herstel van de zaak kiest’.
Engelfriet vervolgt:
De bovenstaande redenering over verrijking gaat dus niet op. Het is de schuld van de verkoper dat hij nu deze kosten moet maken, en die kosten mag hij niet verhalen op de consument.
Het is inderdaad de schuld van de koper dat hij de kosten moet maken. Maar is het niet netjes (redelijk en billijk zoals we dat op de Universiteit geleerd krijgen) als de koper de verkoper vervolgens in de gelegenheid stelt om voor de voor hem meest goedkope oplossing te kiezen? Het is namelijk voor de fabrikant of verkoper van de wasmachine in veel gevallen voordeliger om een nieuwe (of tweedehandse, van hetzelfde type) wasmachine te bezorgen, dan een arbeidsintensief reparatietraject te starten.
In mijn ogen moet het antwoord op bovenstaande vraag ‘ja’ luiden. Als de koper er toch op staat dat reparatie plaatsvindt in plaats van vervanging, en de koper er een beter product voor terug krijgt die in totaal maar liefst enkele jaren langer meegaat, dan lijkt het me heel redelijk en billijk als vervolgens een deel van de reparatiekosten voor zijn rekening komen.
Relevante artikelen uit het Burgerlijk Wetboek: 7:17, 7:18, 7:21, 7:22. Lees ook verder in Hoe lang heb je garantie op producten? 1 jaar? of langer?
Geef een reactie