,

"Wat er voor beroep op mijn visitekaartje staat? Ligt eraan welke je bedoelt."

Een afspraak maken met Danny Mekić (1987) is niet eenvoudig. Niet dat hij er geen zin in heeft; in tegendeel, want hij heeft energie voor tien personen tegelijk. Maar zijn agenda heeft nu eenmaal weinig gaatjes en dus kiest hij zorgvuldig. De Amsterdammer geeft onder meer bedrijfsadvies op verschillende gebieden, maar mag ook op de radio en tv vaak zijn licht laten schijnen over het internetlandschap en de steeds populairder wordende social-media-varianten Facebook en Twitter. ‘Wat er voor beroep op mijn visitekaartje staat? Ligt eraan welke je bedoelt.’ Danny zegt het met een lach, maar je kunt zien dat hij er best trots op is.

Danny is een geboren en getogen Amsterdammer. Hij groeide op in Nieuw-West. Zijn moeder was chronisch ziek en zijn vader, die oorspronkelijk uit Bosnië-Herzegovina komt, werkte daardoor extra veel en hard om het gezin draaiend te houden. ‘In mijn jeugd heb ik geleerd om voor mezelf te zorgen. Herkennen welke kansen er op je pad komen, maar ook wat je eigen beperkingen zijn. Alleen daardoor bouw je zelfvertrouwen en kom je verder in je leven.’ Al op zijn twaalfde springt Danny het diepe in door als stagiair bij Het Net (inmiddels onderdeel van KPN) aan de slag te gaan. ‘Ik was enorm gefascineerd door internet en wilde weten hoe het precies werkte. Dus bood ik me aan als vrijwilliger. Die periode was volgens mij de vetste internetperiode ooit. Vierentwintig uur per dag live streamen van de eerste Big Brother bijvoorbeeld. Onwijs spannende tijd en ik ben blij dat ik daar toen een onderdeel van uitmaakte.’

Danny was zo gegrepen door de magie van het world wide web, dat hij al snel zijn eigen bedrijfje begon. De energie die hij daaruit verkreeg, was zo verslavend, dat hij zijn middelbare schooltijd afbrak om zich vol op werk te richten. Twee jaar later belandde Danny toch weer terug in de schoolbanken, toen hij een rechtenstudie oppakte. ‘Mijn ouders vonden het aanvankelijk vreselijk dat ik met school stopte. Ik merkte dat de gedachte aan school, mij te veel energie kostte en dus ben ik op mijn zestiende gestopt. Op dat moment heb ik me voorgenomen alleen maar dingen te doen, waar ik energie van krijg. Geld is daarbij nooit een echte drijfveer geweest om te ondernemen. Kijk in het woordenboek en je ziet bij geld het woord ruilmiddel staan. Eigenlijk zou dat beperkte ruilmiddel moeten zijn, want met geld kun je geen energie, kennis of ontwikkeling kopen. Dat moet je toch echt zelf ondervinden.’

Erg veel waarde hecht Danny dan ook niet aan materialistische bezittingen. ‘In Amsterdam gebruik ik de fiets die ik van de zoon van een fietsenmaker heb gekregen nadat ik hun bedrijfje heb geholpen met op internet aanwezig te zijn. De fiets is met de hand gemaakt en er rijdt er geen tweede van rond. Deed me heel erg veel toen ik ‘m kreeg. Zoiets doet me meer dan zelf een dure auto kopen. Een vriendin, die bij een reis al haar bagage kwijtraakte, heeft me ooit geleerd dat je niet te veel waarde moet hechten aan materiaal. Mijn piano is eigenlijk het enige bezit waar ik niet zonder kan.’

Danny heeft inmiddels twee succesvolle bedrijven, maar zijn sociale leven blijft een belangrijke rol in zijn weekplanning vervullen. ‘Op sommige momenten gaat de telefoon simpelweg uit. Vroeger werkte ik tot het werk op was. Maar dat gebeurde natuurlijk nooit. Nu plan ik tijd in om leuke dingen met mijn vrienden te doen of bij mijn familie op bezoek te gaan. Daarnaast help ik veel jonge ondernemers in mijn vrije tijd. Puur omdat ik het leuk vind om anderen te helpen. Ben ik toch nog een beetje die vrijwilliger van vroeger, alleen dan nu meer in een 2.0 versie, haha.’

Dit interview is afgenomen door John den Braber voor het blad BART. Het betrof een nul-nummer dat BNN maakte voor haar leden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *