Het recht om vergeten te worden op internet moeten we niet ridiculiseren

De recente uitspraak van het Europese Hof van Justitie houdt de gemoederen flink bezig. Als Google irrelevante resultaten toont bij het zoeken naar de naam van een persoon, dan kan die persoon vragen om het weglaten van deze resultaten — alléén wanneer op zijn naam wordt gezocht. Is dat een verbetering van het recht op privacy, of een achteruitgang van de vrijheid van meningsuiting en de vrije toegang tot informatie? Of allebei — en welke van de twee moet dan prevaleren?

Voor de Spaanse man die naar de rechter stapte omdat hij op Google achtervolgd bleef worden door een aankondiging uit 1998 dat zijn huis gedwongen werd verkocht door schuldeisers, bood het recht om vergeten te worden uitkomst. Het 16-jaar(!) oude bericht dat iedereen bij het zoeken op zijn naam te zien kreeg, bleef herinneren aan zijn donkere verleden, maar verschijnt nu niet langer. Zijn verhaal is exemplarisch: de informatie die getoond werd was overduidelijk niet langer relevant en toch zeer schadelijk voor hem, maar hoe zit dat met de honderdduizenden andere verzoeken die Google sinds de uitspraak heeft ontvangen? Kunnen we van een Google verwachten om in alle gevallen een juiste beslissing te nemen met zo’n dunne grens tussen relevant en niet-relevant en privacy en censuur? Wie ziet toe?

Google is inmiddels begonnen met het uitvoeren van de opdracht van de rechters. Beheerders van betrokken pagina’s ontvangen een melding per e-mail waar, uiteraard, niet in wordt vermeld voor welke zoekopdracht de blokkade geldt, en wie dus het verzoek heeft ingediend. Want dan zou wel eens een boemerang-effect op kunnen treden. Ook The Guardian en de BBC ontvingen afgelopen dagen dergelijke meldingen.

Wat vervolgens gebeurde is misleidend. Volgens James Ball van The Guardian, en Robert Peston van de BBC — die ik overigens beiden hoog heb zitten — zou Google artikelen onvindbaar maken (“Guardian articles have been hidden by Google”, “Why has Google cast me into oblivion?”) of zelfs hebben verwijderd (“Why has my blog been removed?”, 2). Geen van beiden is waar: Google laat specifieke webpagina’s weg, bij zoekopdrachten naar specifieke individuen, voor wie het artikel niet relevant is.

Hoe begrijpelijk hun onbehaaglijke gevoel bij de uitspraak van het Hof en het nieuwe Google-beleid ook is: we moeten er voor waken dat we wel het juiste debat blijven voeren en de situatie niet ridiculiseren. Want het debat dat nu gevoerd wordt — Google verwijdert willekeurig blogs en nieuwsartikelen uit hun zoekresultaten — heeft niks meer te maken met waar het écht over zou moeten gaan: is het recht om vergeten te worden een verbetering van het recht op privacy, een achteruitgang van de vrijheid van meningsuiting en de vrije toegang tot informatie? Of allebei, en hoe moet het nu verder in een wereld die steeds meer onthoudt en minder vergeet, met steeds meer juiste en onjuiste data, en algoritmen die mensen en bedrijven kunnen maken en breken op een schaal die nooit eerder vertoond is? En welke rechten en plichten hebben ‘databrokers’ en algoritme-dealers zoals Google in die wereld?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *